Kook de quinoa volgens de aanwijzingen op de verpakking en laat afkoelen. Snijd ondertussen de komkommer in kleine blokjes. Snijd de ongeschilde appel ook in kleine blokjes. Snijd de peterselie fijn en de citroen in partjes.
Snijd de bovenkant van de granaatappel, snijd rondom door de schil over de nerven en breek de vrucht open. Haal de pitjes eruit en vang het sap op. Spoel nu de pitjes goed af, zodat ze straks niet heel de quinoa salade rood kleuren.
Maak een dressing van de olijfolie, mosterd, honing. Voeg het granaatappelsap naar smaak toe. Breng op smaak met peper en zout.
Meng de quinoa met de gewassen granaatappelpitjes, appel, komkommer en peterselie. Besprenkel met de dressing en garneer met partje citroen. Deze knijp je uit over de salade zodra je begint met eten.